Doe je iets omdat het hoort of omdat het helpt?

Wouter Hart: ‘Stel de belevingswereld van de leerling radicaal centraal’

School, jeugdzorg en ouders hebben vaak hun eigen oplossing voor problemen met leerling en kind. Ze nemen maatregelen die passen bij hun eigen perspectief. En met bijbehorende normen en regels. Zo ontstaan drie ‘verhalen’ naar het kind toe. Maar er is juist één verhaal vanuit dat kind nodig. Met één taal en één consistente aanpak, die past bij de leerling. En daarbij moeten we ons vooral niet laten leiden door wat hoort, maar juist doen wat helpt. Onder meer daarover ging de deelsessie rond samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg. Een terugblik met de man van de bedoeling: Wouter Hart.



“In het onderwijs werken we te veel met bestaande oplossingen!’ Ruim driekwart van de deelnemers (87 procent) was het met deze stelling eens. Er gaat al veel goed op het gebied van passend onderwijs, maar er zijn ook nog heel wat stappen te zetten. En dat vereist hier en daar een andere manier van denken en aanpakken. Dat bleek ook tijdens de online conferentie ‘Passend onderwijs. Hoe nu verder?’ op woensdag 10 maart. De digitale deelnemers waren begeleiders en ondersteuners in het onderwijs; van IB’ers en ambulant begeleiders tot ondersteuningscoördinatoren, SLB’ers, teamleiders en schoolleiders.

Waarom doen we de dingen die we doen? Doen we het omdat het zo hoort of omdat ze helpen? Dagelijks komen we op een splitsing waarop we kiezen linksaf of rechtsaf te gaan. Linksaf, omdat het zo hoort. Of rechtsaf, omdat het juist helpt. Hebben we deze vergadering, omdat hoort of omdat het helpt? Hebben we deze methode, omdat het hoort of helpt? En welke keuze maken we dan? Iets wat hoort kan een afspraak zijn, een regel, een protocol. Maar ook een ongeschreven regel, een gewoonte, omdat we het altijd al zo doen. En iets wat helpt, kan nu even helpen. Maar helpt het ook voor altijd? De keuze lijkt niet zo moeilijk. Je kiest voor rechts, omdat het juist helpt. Tenzij regels of wetten ons heel sterk iets voorschrijven (omdat het moet). Dan gaan we wel linksaf (omdat het hoort).

Eenvoudige keuze… of toch niet?
“De praktijk lijkt soms ook lastiger”, concludeert Wouter Hart. “Vaak herken je niet eens dat je op een splitsing staat. Je hebt elkaar nodig om te achterhalen welke keuze je waarom maakt. En waarbij helpt het dan? Wat is het doel? Dat moet je eerst helder krijgen. Ga je rechtsaf (omdat het helpt), dan kan het ook zo zijn dat er meerdere wegen zijn naar de oplossing, naar iets wat helpt.” Wat hoort, is volgens Wouter niet voor niets ontstaan; vaak uit kennis en ervaring. “Soms kan wat hoort ook heel erg helpen; samen op tijd aan een vergadering beginnen. Dan doe je dat, omdat het helpt, en niet alleen omdat het hoort. Kortom, bij wat op zich een beste eenvoudige splitsing lijkt, blijken we toch vaak linksaf te kiezen (omdat het hoort).”

Bedoeling uit het oog verliezen
Wouter is spreker en schrijver over werken vanuit de bedoeling en verzorgde op het congres rond passend onderwijs een deelsessie over de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp. “Dat wat we als middel bedenken, wordt vaak een doel op zich. In het onderwijs vertalen we leerdoelen naar methodieken. We doorlopen die leerdoelen vaak zonder ons af te vragen of de leerling dat leerdoel al kent. Het kan voor een kind al gesneden koek zijn. In dat geval helpt het hem niet echt verder. Of we vullen met elkaar een portfolio, omdat we dit zo hebben afgesproken. Het vullen van dat portfolio wordt dus een doel op zich. Maar de magie kan ontbreken. We doen het niet meer vanuit de werkelijke betekenis; we verliezen uit het oog waarvoor het werkelijk is bedoeld. De vraag ‘hoort het of helpt het?’ is dus een essentiële ingang.”

Door normen laten leiden
Kijkend naar onderwijs en jeugdzorg, dan zie je dat binnen het onderwijs bepaalde dingen horen en dat ook binnen de jeugdzorg bepaalde dingen horen. “Binnen die domeinen ontstaat een aparte taal en een apart aanbod. Die totaal andere aspecten kunnen er snel toe leiden - met alle goede bedoelingen als professional - dat je over het hoofd ziet wat binnen de samenwerking helpt en wat de leerling nodig heeft. Je moet dus niet met je eigen bril de oplossingen bedenken. ‘We verliezen uit het oog waarvoor iets werkelijk is bedoeld’ Je ziet door die bril het kind, maar zie je ook wat het kind ziet? Ga dus op de stoel van de leerling zitten. De kunst is niet te kijken wat jij kunt doen, maar wat het kind nodig heeft vanuit een breder perspectief dan dat van jou. Niet wat hoort, maar wat helpt.” Overigens geldt die vraag ook voor schoolleiders, de leerling en de ouders. “Mijn kind moet buiten een jas aan, mijn kind moet netjes eten, moet elke dag naar school, moet zijn huiswerk maken, want moet naar het vwo... “We zitten boordevol normen en verliezen daardoor snel uit het oog wat echt belangrijk is.”

Van loket naar loket
In het basisonderwijs, speciaal onderwijs en in het voortgezet onderwijs werken scholen en jeugdzorg met elkaar samen. Die samenwerking kan enorm helpen bij problemen van kinderen of gezinnen. Maar door vroegtijdig hulp in te zetten, kun je problemen ook vaak voorkomen. Wouter: “Ga je in een vroeg stadium samen op zoek naar wat er bij de leerling speelt, en stem je dat vanuit al die verschillende perspectieven op elkaar af, dan kun je samen in één keer het goede doen. Het is als een postkantoor. Je zorgt er eerst voor dat je weet waar de brief naartoe moet, om ook echt ontvangen te worden. Als je dat niet doet, gaat op langere termijn de leerling vaak van loket naar loket. En dan doen we allerlei dingen die net niet echt werken; frustrerend voor alle betrokkenen. Het is als een postkantoor dat continu bezig is om retourzendingen te herstellen.”

Van drie naar één verhaal
“Stel, je hebt een leerling in groep 4 met hechtingsproblematiek. Het kind luistert niet, is agressief en onhandelbaar in de klas. Het blijkt dat vader last heeft van zijn oorlogsverleden, en dat werkt door op het kind. Ga je vroegtijdig met de school, met jeugdzorg en met de ouders om de tafel zitten, dan kun je afstemmen wat je gedrieën gaat doen om elkaar te versterken. Dus niet alleen als school, als jeugdzorg of als ouders, met elk hun eigen verhaal. Ga dezelfde taal spreken en zorg voor een consistente aanpak. Niet de leerling in de klas strafwerk geven, terwijl je als ouders thuis doet of er niets aan de hand is. Met dezelfde aanpak en dezelfde taal merk je dat het kind in een opwaartse spiraal terechtkomt. Gedrieën afspreken wat helpt; de belevingswereld van de leerling radicaal centraal stellen. Van drie afzonderlijke verhalen één verhaal maken.”

Verbeteren door vragen anders formuleren
Hoe kun je de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg verbeteren of een impuls geven? Wouter: “Op steeds meer plekken zie je verbetering ontstaan. Beide partijen bespreken voorbeelden van zaken die heel goed verlopen. Vanuit die constatering leren ze waarom dat zo goed ging en hoe dat beter kan. ‘Stimuleer professionals juist die dingen te gaan doen die werkelijk helpen’ En uiteraard kun je ook leren van voorbeelden waarmee je juist signalen kreeg dat het niet goed ging. Ook besturing en toezicht spelen daarbij een belangrijke rol. Nog te vaak wordt gevraagd of je die taak al hebt uitgevoerd, en ook volgens de vastgestelde regels. Beter is de vraag: hoe heb je het perspectief van het kind leidend kunnen maken? Als je als bestuurder of toezichthouder dat vraagt, stimuleer je professionals anders te gaan denken en juist die dingen te gaan doen die werkelijk helpen.”

Ontbraven mag
De boodschap die Wouter de deelnemers van de deelsessie meegaf, is dat professionals best wat meer mogen ‘ontbraven’. “We zijn erg geprogrammeerd om de regels en financiën heel belangrijk te vinden. Maar vaak is het leuk en goed om daar niet te braaf in te zijn. Ben je met andere professionals ervan overtuigd dat iets goed is voor het kind, dan is er vaak een (andere) weg om dat te bereiken.”

En wat stak gastspreker Wouter zelf op van zijn sessie?


“Veel deelnemers herkennen dat het vaak niet echt begint met het open en breed luisteren naar de leerling zelf. Horen we echt wat de ander zegt? Zien we wat die ander ziet? En kunnen we dan ons hoofd vrijmaken van alle bedachte oplossingen en regels die maken dat we op voorhand al wegraken van wat er echt wordt gevraagd? Veel herkenning dus. Sommige deelnemers vonden het ook lastig om mijn metaforen en voorbeelden uit andere domeinen te vertalen naar de samenwerking tussen jeugdzorg en onderwijs. Dat is mijn geleerde les: die link soms wat explicieter maken.”



Volgende pagina